Punx.nl grotendeels gearchiveerd, lees hier verder.

Ivy Green


Naam : Ivy Green
Genre : Punk
Land : Nederland

Discografie

(Geen albums gevonden)

Concerten

(Geen concerten gevonden)
Alle concerten

Artikelen

(Geen artikelen gevonden)

Ivy Green

periode 1975 - 1990

redactioneel Nederlands eerste echte punkband, afkomstig uit het Zuid-Hollandse Hazerswoude. Hoewel geliefd bij de vaderlandse pers, blijft een echte doorbraak uit. Plezier in het spelen is en blijft de belangrijkste beweegreden van de groep.

bezetting Tim Mullens gitaar, zang
Bart De Boer gitaar
Martijn Loos saxofoon, toetsinstrumenten
Simon Francken basgitaar
Arther Van Dijke drums

overige muzikanten Eduard van Bockel gitaar
Ernst-Jan Kamphuis basgitaar, trompet
Kees Bontebal gitaar
A.J. Bosz
Sjaak Matze
Evert-Jan Rietbergen


genre punk, garage-rock


biografie
1975 In het Hazerswoude van 1975 is voor de jeugd weinig te beleven. In het dorp waar niets mag en niets kan is één uitzondering: Het Keldertje, beter bekend als K-74, de tot een soort clubhuis verbouwde garagebox achter het ouderlijk huis van Eduard van Bockel. Hier ontmoeten Van Bockel, Tim Mullens en Ernst-Jan Kamphuis elkaar en besluiten een band op te richten. Tim speelt gitaar en zingt, Eduard speelt lead-gitaar, Ernst-Jan hanteert de bas en als drummer wordt de twaalfjarige Arther van Dijke aangetrokken. Arther heet eigenlijk Arthur, maar toen zijn vader hem bij de Burgerlijke Stand ging aangeven, wist hij niet hoe je Arthur spelt en werd het dus Arther. Tim Mullens heeft dan al de nodige nummers geschreven en zo begint de band welke na wat afgekeurde namen tot Ivy Green (naar een gedicht van Charles Dickens) gedoopt word. Aan muzikaal vernuft heeft het viertal een broertje dood: twee of drie akkoorden blijken genoeg om simpele rock te spelen, waarbij het er vooral om gaat dat de heren zich lekker ongestoord kunnen uitleven.
1976 Op 26 augustus doet Ivy Green het eerste optreden op de jaarmarkt van Hazerswoude. De band speelt twee eigen nummers en een cover van Satisfaction onder een afdakje van een meubelzaak. Het gros van de inwoners van Hazerswoude snapt er niets van en vindt het een bespottelijk gebeuren.
1977 Ivy Green doet een aantal optredens, vooral in de omgeving van Hazerswoude. Tegelijkertijd komt uit Engeland de punk overwaaien. Zonder dat het viertal zich daarvan eerder bewust was, blijkt hun manier van muziek maken perfect aan te sluiten bij de nieuwe stijl uit het Verenigd Koninkrijk. Voor Ivy Green is dat een soort bevestiging, hun idioom blijkt een naam te hebben en het idee dat ze niet de enigen zijn die zo met muziek bezig zijn, werkt inspirerend. Punk is dan een hot item geworden en de band past perfect in het straatje van de opkomende Nederlandse vertegenwoordigers van dat genre. De door de groep op twee sporen opgenomen demo wordt bij WEA met gejuich ontvangen. Nederlandse platenmaatschappijen zijn hard op zoek naar Hollandse punkbands en WEA denkt met het tekenen van Ivy Green voor haar kersverse Pogo-label midden in de roos te zullen gaan schieten. Ernst-Jan Kamphuis worstelt met privéproblemen en stopt met bassen, wel blijft bij nog bij de formatie betrokken als manager. Simon Francken neemt de opengevallen plek in.
1978 Het aantal optredens breidt flink uit en brengt de groep ook buiten de regio, zo staat het kwartet op 4 januari voor het eerst in Paradiso (waar ze in de loop van het jaar nog zeven keer zullen terugkomen). De dag na het optreden trekt de groep met producer Richard de Bois de Soundpush Studios te Blaricum in om de debuutelpee op te nemen. De band wil alles in één keer opnemen, De Bois neemt de uitdaging aan. In twee dagen staat dan ook alles op de band, alleen de zang en koortjes van Sue en een enkele gitaarsolo zijn ingedubd. Na nog drie dagen mixen is het totale opnameproces achter de rug. Als de titelloze debuutplaat verschijnt, spreekt de pers van Nederlands enige en definitieve hardcore punkplaat. Als 1-track single komt Whap Shoo Whap (beter bekend als I'm Sure We're Gonna Make It) uit. De elpee verkoopt aardig (op dat moment zo rond de 2500 exemplaren), maar voor platengigant WEA is dat peanuts. De maatschappij heeft geen interesse meer in de optie voor een volgende plaat en dumpt de formatie weer net zo snel als ze de groep heeft binnengehaald.
1979 Popjournalist Fer Abrahams (een groot fan van Ivy Green) vraagt de groep voor deelname aan het Uitholling Overdwars-project; op deze Nederlandstalige elpee doet de band Pak 'M Beet. Het rekt de populariteit nog een poosje en ook over optredens heeft het viertal in de eerste helft van het jaar nog niet te klagen. Het gebeuren bij WEA heeft echter een behoorlijk grote deuk in het zelfvertrouwen van de formatie geslagen. Eduard van Bockel verlaat Ivy Green, Tim Mullens kampt met een inzinking en Arther van Dijke stopt er ook mee, maar keert na een maand alweer terug.
1980 Kees Bontebal neemt de plaats als gitarist van Eduard van Bockel over. Het kost de groep veel tijd aan de verandering te wennen en de gevolgen van de inzinking te boven te komen. De band treedt niet echt veel meer op en aan platen wordt al helemaal niet gedacht. Bontebal houdt het niet lang vol en vertrekt nog hetzelfde jaar. Aan het eind van het jaar komt Bart de Boer hem vervangen. Een goede keuze: Bart is al lang fan van Ivy Green en ontpopt zich tot een nieuwe motor (ook op organisatorisch gebied) die de machine weer definitief aan de praat krijgt.
1981 De groep speelt nu een eigentijds soort eerlijke rock 'n' roll, met veel invloeden uit de sixties, maar de houding die punk oorspronkelijk wakker riep blijft wel. Spelen voor het plezier staat hoog in Ivy Greens vaandel. Dat betekent dat de groep niet te vaak wil optreden. Tijdens een sessie in de studio van Stichting Popmuziek Nederland worden drie nummers vastgelegd; deze zullen pas in 1984 op de Garageland EP uitgebracht worden.
1982 Als Tim Mullens oude soul (en dan met name het label Stax) ontdekt, verandert de sound van Ivy Green duidelijk die richting op, zeker als er twee blazers gevonden worden. A.J. Bosz (een buurjongen van Bart de Boer) op trompet en Sjaak 'Muts' Matze op saxofoon, maken van de groep een sextet. De band krijgt weer meer en meer zelfvertrouwen en dat leidt tot een toenemend aantal optredens. De eerlijke houding en het no-nonsense karakter van de band, gecombineerd met de altijd weer enthousiaste optredens ("Gaan als de brandweer") leidt tot de nodige credibility bij de bezoekers van het clubcircuit. Er wordt ook weer gedacht aan het uitbrengen van plaatwerk. Daartoe wordt het eigen label No Bluff Records opgericht.
1983 The Damage komt in april uit op het eigen label. Het is de eerste release in vijf jaar. Het plaatje wordt heel goed ontvangen, ook al omdat juist in die periode het eigen beheer-gebeuren aan een bloeiperiode lijkt te beginnen. De VARA draait de single regelmatig, maar het wordt geen hit.
1984 Dat Ivy Green nieuwe stijl goed op de rails staat is te horen op de single Dreaming Of You, welke in januari verschijnt. De groep blijkt ook goed aan te sluiten bij het opgeld doende garagegeluid (o.a. Claw Boys Claw). Een nieuw bewijs daarvan wordt geleverd met de Garageland EP; de drie in 1981 opgenomen nummers blijken heel goed in het tijdsbeeld te passen. Aan het eind van het jaar verschijnt The Quest, de eerste langspeelplaat sinds het debuut en tevens de eerste vollelengte release van het eigen label. Voor The Quest is een distributiedeal met Boudisque (de groothandelstak) afgesloten. Een aantal nummers zijn opgenomen in de zelf ingerichte studio en het geheel is geproduceerd door 'de 2 broertjes' (Tim en Bart) die deze discipline in de praktijk hebben geleerd. The Quest klinkt als een echte beat-plaat (als een jaren tachtig variant van een Outsiders of Motions-elpee) en herbergt zelfs twee ballads. Misschien is dat laatste gegeven verantwoordelijk voor het feit dat de plaat door sommigen als onevenwichtig wordt omschreven. Bijna tegelijkertijd verschijnt de verzamel LP Stirred, Not Shaken, waarop zes Nederlandse bands elk twee nummers brengen. Het brengt de groep voor het eerst naar het buitenland, in België wordt in Kortrijk opgetreden door de bij het project betrokken bands.

1985 Het blaasduo Bosz en Matze wordt geheel vervangen. Verrassend genoeg treedt oudgediende Ernst-Jan Kamphuis weer toe als trompettist; de saxofoon wordt vanaf dan door Evert-Jan Rietbergen alias Jippie van Bentum bespeeld. Zij zijn nog niet te horen op de met Tröckener Kecks gedeelde splitsingle waarop het collectief The Turning Point uitvoert. Wel zijn ze aanwezig op de door Marc de Reus geproduceerde elpee All On The Beat, die in de zomer in de Stable Studios te Arnhem wordt opgenomen. Als de plaat in het najaar verschijnt, is de pers weer enthousiast en is er bewondering voor de overlevingsdrift van de band, gekoppeld aan het volgen van de eigen weg. Als single verschijnt Good Thing Happen.

1986 Het tienjarig bestaan van de groep leidt tot de uitgave van What Ever They Hype, een dubbelalbum waarvan plaat één een heruitgave van de debuutelpee is en plaat twee bestaat uit (gedeeltelijk geremixte) singletracks en één nieuw nummer. De bekende pop-journalist Swie Tio beschrijft in het bijgeleverde boekje meeslepend de geschiedenis van Ivy Green. Voor het eerst gaat de band echt op toernee in het buitenland; in België vinden een aantal concerten plaats in het gezelschap van L'Attentat en World War Rockers (de voorloper van Jack Of Hearts). In april wordt het jubileum in Paradiso op uitbundige wijze gevierd. Een tiental Nederlandse bands stort zich op het repertoire van de Hazerswoudenaren. Na deze viering is het tijd voor een welverdiende rustpauze, deze zal meer dan een half jaar duren, waarna in het najaar de draad weer opgepikt wordt en men aan de slag gaat met de voorbereidingen voor de nieuwe plaat. In de Melkweg te Amsterdam treedt de formatie op in het voorprogramma van The Ramones. Laatstgenoemden zijn diep onder de indruk van Ivy Green en dragen een nummer aan de Hazerswoudenaren op.

1987 In het begin van het jaar wordt wederom met Marc de Reus als producer Moon Raised opgenomen. Als de elpee in juni verschijnt blijkt dat de kopersectie prominenter in het groepsgeluid staat en dat het collectief met zijn mengsel van strakke rock, sixtiespop, soul, punk en r&b elke stroming heeft overleefd. Tim's zang is beter dan ooit en Marc de Reus is er in geslaagd de plaat een geluid te geven dat de live-sfeer zeer goed benadert. Moon Raised wordt ook in Engeland uitgebracht, door een sublabel van Red Rhino, Ediesta. Er worden er over de grens zo'n 400 van verkocht.
1988 De overlevingsdrift en het volgen van het eigen pad wordt alom geprezen en als Ivy Green in januari op Noorderslag staat mag dat als een (laat) teken van erkenning gezien worden. Er volgt nu een tijd waarin er niet spectaculair veel gebeurt. De groep bouwt een eigen studio, waarin veel met verschillende stijlen muziek geëxperimenteerd word, het is een beetje een stuurloze periode.
1989 Evert-Jan Rietbergen verlaat de groep, hiermee wordt officieel de blazerssectie opgeheven. Ernst-Jan Kamphuis switcht naar toetsen en sampler. In de herfst speelt de band voor het eerst buiten de Benelux tijdens een toernee door Zwitserland. Aldaar is de formatie aangenaam verrast door het feit dat er meerdere Zwitserse bands covers van Ivy Green blijken te spelen.
1990 Kamphuis krijgt het te druk als zanger van zijn eigen band Lieutenant Ernesto & The Strolling Bones en andere hobbyprojecten en verlaat Ivy Green. Zijn plek wordt ingenomen door Martijn Loos (alias Dr. Loos) die zowel sax als toetsen speelt en ook het sample-keyboard van Kamphuis overneemt. Bij Van Record Company verschijnt de cd-release van de debuutelpee inclusief bonustrack The Ivy Green, wat één van de eerste nummers geweest moet zijn wat Tim Mullens voor de groep schreef. In de zomer gaat de formatie Studio Orkater te Amsterdam in om onder begeleiding van alweer Marc de Reus Real Slow Burn voor Van Record Company op te nemen, het album verschijnt alleen op cd. Het is een erg harde plaat, waarop voor het eerst hardrock invloeden zijn te horen en ook sporen zijn te vinden van de funk zoals die door crossover-bands wordt gespeeld. Van Real Slow Burn verschijnt Into The Deep op single, waarvoor Rogier van der Ploeg een videoclip maakt. Ondanks het feit dat Real Slow Burn niet echt fantastisch verkoopt, lopen de optredens uitstekend; de zalen waar de groep speelt raken steeds voller. Mede daardoor komt het nieuws van de ontbinding van Ivy Green extra hard aan. Reden voor de split-up zijn problemen van persoonlijke aard bij Tim Mullens. In december doet de band haar laatste optreden in de Melkweg in Amsterdam. Simon Francken, Arther van Dijke, Bart de Boer en Dr. Loos gaan door om na verloop van tijd, als Dr. Loos al is afgehaakt en Bennie V. en Swap zijn toegetreden, als Farmer John terug te keren.
1996 Enkele gebeurtenissen onderstrepen hoe belangrijk Ivy Green voor de ontwikkeling van de Nederlandse punk geweest is. Als bewijs van de bescheiden cultstatus die Ivy Green in Amerika geniet, legt een Californisch platenmaatschappijtje contact met de voormalige groepsleden met het doel alle platen van Ivy Green in de USA op cd uit te brengen. De aangeschrevenen beschouwen het tijdperk Ivy Green echter als voorbij en happen niet toe. Het boek Het Gejuich Was Massaal, dat de geschiedenis van de Nederpunk beschrijft, wordt door de auteurs Jerry Goossens en Jeroen Vedder opgedragen aan Tim Mullens, "zonder wie er geen punk zou zijn in Nederland." De bijbehorende verzamel-cd is vernoemd naar de Ivy Green-single I'm Sure We're Gonna Make It, en het betreffende nummer wordt ingeleid door het gesproken eerbetoon van de Ramones uit 1986.

© copyright 2002 - 2024 Punx.nl - Gebruikersovereenkomst - Contact